Deze partij deed het meest voor huurders

Er zijn vele redenen om op een politieke partij te stemmen. Sommigen kijken alleen naar de lijsttrekkers en andere personen die je vaak op TV ziet. Maar er zit meer achter een politieke partij dan die ene man of vrouw. Ook je geloofsovertuiging kan een rol spelen. Wij van HBZ respecteren jouw keuze, zelfs als je helemaal niet gaat stemmen. Het onderstaand artikel is overgenomen van de Woonbond.

Kiezers maken zich zorgen over de woningmarkt. Dus prijzen veel lijsttrekkers de woonplannen van hun partij aan in de aanloop naar de verkiezingen. Maar hoe gedroegen ze zich toen het erop aankwam op belangrijke thema’s voor huurders in de regeerperiode van kabinet-Schoof?

Vijf bepalende stemmingen

In de najaarseditie van Huurpeil, vakblad voor de huursector, analyseerden we vijf stemmomenten die bepalend waren voor huurders tijdens de regeerperiode van het kabinet-Schoof.

1. Spoedwet huurbevriezing

Het ministerie sprak met corporatiekoepel Aedes een extreme huurverhoging af van 5 procent voor sociale huur en 7,7 procent voor middenhuur. GroenLinks kwam met een initiatiefwet voor huurbevriezing voor alle huurders, met structurele compensatie voor verhuurders (in tegenstelling tot de huurbevriezingsplannen van het kabinet zelf in de voorjaarsnota). De wet haalde geen meerderheid. Alleen GroenLinks-PvdA, SP, DENK en PvdD stemden voor.

2. Tegen hogere particuliere huren

De coalitie stelde in de voorjaarsnota voor om hogere huurprijzen toe te staan particuliere verhuurders, en wilde zo de Wet betaalbare huur versoepelen. Een motie van GroenLinks-PvdA, SP en NSC tegen deze plannen haalde een meerderheid. Maar VVD, BBB, FVD SGP en JA21 stemden tegen.

3.  Meer sociale nieuwbouw

Omdat bij sociale huurwoningen veel sprake is van liberalisatie, sloop en verkoop levert de in de Regiewet beoogde 30 procent sociale nieuwbouw een krimpend aandeel sociale huur in de woningvoorraad op. Daarom deden de Woonbond, Aedes, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en het Interprovinciaal Overleg een voorstel: elke gemeente moet minimaal 30 procent sociale huur bouwen, maar krijgt de ruimte om meer te doen. ChristenUnie en GroenLinks-PvdA namen dat voorstel over in een amendement, maar het haalde geen meerderheid. Naast de beide partijen zelf, stemden D66, SP, DENK, PvdD en Volt voor.

4. Afkoop zonnepanelen

Veel huurders zullen na de afschaffing meer kosten hebben van hun zonnepanelen dan als ze die niet hadden gehad. Een motie van GroenLinks-PvdA en de SP om huurders te compenseren haalde geen meerderheid. DENK, PvdD en Volt stemden wel voor.

5. Compensatie afschaffen salderingsregeling

Uit een rapport van de Woonbond en Aedes blijkt dat de hoge servicekosten voor zonnepanelen tot nadelige effecten leiden als huurders niet meer voordelig hun zonnestroom kunnen terugleveren. Een motie van de SP om huurders te compenseren kreeg (na de val van het kabinet) een meerderheid. Desondanks stemden VVD, D66, BBB, CDA, FVD, SGP, Volt en JA21 tegen.

Vier keer ‘partij voor de huurders’

Gekeken naar het stemgedrag in de Tweede Kamer het afgelopen regeerjaar, waren er vier partijen die op alle vijf momenten opkwamen voor het belang van huurders: GroenLinks-PvdA, SP, DENK en PvdD.

In de onderstaande afbeelding zie je welke partijen sinds de vorige verkiezingen het meest voor de sociale huurders hebben gedaan.

Natuurlijk geeft HBZ geen stemadvies. Dat bepaal je helemaal zelf. Misschien kan deze informatie je daarbij helpen.

Plaats een reactie