Kinderen van wie de ouders zijn overleden moeten niet meer uit hun huis kunnen worden gezet. Een meerderheid van de Tweede Kamer wil een wettelijk verbod.
Kinderen die wees worden, moeten tot hun 28ste in het huurhuis kunnen blijven wonen waar zij ook al woonden met hun ouders. VVD, ChristenUnie, GroenLinks en BBB dienen vandaag een initiatiefwet in, zodat kinderen zich geen zorgen hoeven te maken dat ze moeten verhuizen. Een Kamermeerderheid steunt het voorstel.
Uit cijfers van het CBS blijkt dat elk jaar ruim tweehonderd jongeren in de leeftijd van 16 tot 30 jaar wees worden. Gemiddeld 82 van hen wonen ten tijde van het verlies samen met hun ouders in een corporatiewoning. Volgens VVD-Kamerlid Daniel Koerhuis zijn er de afgelopen jaren ‘meerdere weeskinderen door corporaties op straat gezet’ nadat hun ouders overleden. Het kabinet heeft wel afspraken gemaakt met corporaties om kinderen in die soort situaties niet te dwingen om snel te verhuizen, maar volgens Koerhuis gebeurt dat nog steeds: ,,Geen enkel weeskind mag ooit nog deze onmenselijke behandeling krijgen.”
Het wetsvoorstel regelt dat woningcorporaties voortaan verplicht de kinderen in hun huis moeten laten. Oók als er nog wel een andere ouder in leven is, maar waar bijvoorbeeld door een vechtscheiding geen contact meer mee is. Wanneer een kind de huur niet kan opbrengen, moet de corporatie de huur verplicht verlagen. Omdat het om hooguit enkele tientallen gevallen per jaar gaat, gaat het niet om grote bedragen voor de corporaties. Wanneer het kind 28 wordt, moet de corporatie een passende andere woning aanbieden. Volgens GL-Kamerlid Lisa Westerveld gaat het om ‘hartverscheurende verhalen van jongeren die midden in het rouwproces te horen kregen dat ze hun huis uit moeten’. ,,En die in sommige gevallen zelfs in de daklozenopvang terecht komen.”
Het wetsvoorstel geldt niet voor particuliere verhuurders. Van hen kan juridisch lastiger worden geëist om bijvoorbeeld een passende woning aan te bieden. Overigens geven de initiatiefnemers aan geen voorbeelden te kennen van particuliere verhuurders die weeskinderen uit het huis zetten. In een toelichting op het wetsvoorstel wordt het voorbeeld genoemd van de 19-jarige Annica uit Didam. Zij werd in 2020 op straat gezet door een corporatie en kreeg een huis aangeboden door een particuliere verhuurder.
Voor weeskinderen wier ouders een koophuis hadden, heeft het vorige kabinet al een regeling getroffen. In het verleden waren zij soms gedwongen om het huis waarin ze wonen te verkopen, omdat ze de erfbelasting anders niet konden betalen. Inmiddels geldt voor hen een aparte regeling waardoor zij uitstel krijgen van betaling.
Algemeen Dagblad, 04-07-2023, Hans van Soest
——————————-
Aanvulling HBZ:
Ook wij hadden enige tijd geleden met een dergelijke situatie te maken. Ook hier bleef een meisje van 19 jaar als wees achter en zou ze de woning moeten verlaten. Gelukkig kon ze het zelf via woningruil oplossen waarbij de betrokken corporatie meewerkten. Beter is om dit eindelijk bij wet te regelen.
